Onderzoek IPO The Italian Sea Group

Scheepswerf The Italian Sea Group heeft recentelijk een aanzienlijke claim van 40 miljoen ontvangen. 

Over de scheepswerf waar onlangs Giorgio Armani en Marc Coucke zijn ingestapt zijn inmiddels vraagtekens ontstaan over de financiële haalbaarheid van de IPO in de periode voor de beursgang.

Uit informatie blijkt dat de scheepswerf mogelijk grote liquiditeitsproblemen kende. Een IPO zou in dat geval het bedrijf en haar grootaandeelhouders moeten helpen het tij te keren.

Dat daarbij klanten en aandeelhouders mogelijk werden misleidt zou daarbij een logisch gevolg kunnen zijn. Feit is dat de werf kampt met diverse schepen die spontaan in brand zijn gevlogen en een schip wat als gevolg daarvan is gezonken.

Een koper wacht ondertussen al ruim 4 jaar op zijn bestelde en betaalde Tecnomar. Dit schip ging in vlammen op daags vóór de aflevering. Tijdens de bluswerkzaamheden aan het schip, is het schip gezonken. Tot op de dag van vandaag heeft de koper zijn schip niet ontvangen nog enige vorm van compensatie.

Een ander schip van hetzelfde merk Tecnomar ging enkele weken na de aflevering in Azië in vlammen op. Ook die schade is tot op de dag van vandaag niet hersteld. Weer een ander schip van The Italian Sea Group, eveneens een Tecnomar ging in vlammen op in Griekenland.

Onafhankelijk onderzoek zal moeten aantonen of de scheepswerf haar financiële positie mogelijk veel rooskleuriger heeft voorgesteld dan het oorspronkelijk zou zijn. Was de scheepswerf überhaupt financieel in staat om een gezonde beursgang te realiseren? Of is er gebruik gemaakt van listige kunstgrepen om de IPO mogelijk te kunnen maken en daarbij veel geld aan te trekken om de schuldenlast terug te brengen? Als blijkt dat er gebruik is gemaakt van kunstmatige ingrepen kan dit grote gevolgen hebben voor de scheepswerf.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *